Of nou ja, ik was blij weer thuis te zijn, want ik merk dat ik nu ik zo alleen hier thuis ben ik me gedachtes niet stil kan zetten. Ik kan het denken niet uitzetten, en het denken van mij is nu niet echt heel positief te noemen.
Een paar dagen terug in de tijd. Het is vrijdagochtend, ik voel me niet 100%, slaap slecht en ben wat kortademig. Eigenlijk zoals ik me de afgelopen paar weken al voel. Vanavond ga ik met Nicole naar de schouwburg, iets wat we al bijna een jaar geleden gepland hadden. Ik heb er heel veel zin in. Maar als ik me zo blijf voelen gaat het niet goed komen. Ik besluit wat medicatie te nemen en op bed te gaan liggen. Een buffer opbouwen voor de avond. Als Nicole er is gaan we richting stad. Het is ouderwets gezellig, voor het eerst sinds lange tijd voelt het echt weer als “vroeger” ik ben blij. Maar als de avond afgelopen is ben ik echt helemaal kapot. Ik vind het dan ook helemaal niet erg dat Nicole vroeg naar huis gaat. Ik sleep me naar boven en duik me bed in.
Zaterdagochtend, ik heb weer eens een nacht bijna tot niet geslapen, ben gesloopt. Ik bel me moeder op om te vragen of ze me op wil halen, dat stukje fietsen naar mijn ouders gaat gewoon niet lukken. Heel de zaterdag doe ik rustig aan, ga tussen de middag proberen wat te slapen maar het lukt niet. Het gaat steeds slechter met me. Als naast mijn vader ook mijn moeder toch nog eens voorzichtig vraagt of ik misschien niet beter naar de dokter kan ga ik om. Ik laat haar de huisartsenpost bellen. Normaal zou ik wachten tot dinsdag, maar ik heb het gevoel dat ik dat niet ga redden, volgens mijn ouders zie ik er niet uit, en dan houd ik me nog wel zo groot.
De arts bij de huisartenspost vertrouwt het niet en stuurt me door naar de spoedeisende hulp. Oke, tering dat had ik niet verwacht. Daar aangekomen, blijk ik koorts te hebben, vreemd want ik heb echt nooit koorts. Ik mag vrij snel door naar een behandelkamer, daar leg ik nog een keer uit wat de klachten zijn, maar ze zien het ook wel aan me, en horen het vooral, ik haal zo moeilijk adem. Ze willen een longfoto, hartfilmpje en bloed. Ik schrik eventjes, mijn eerste reactie is om hoe klote ik me ook voel weg te gaan, want bloedprikken, tering, dat kan ik nu echt ff niet. Maar oke, wat moet dat moet en de laatste paar keer ging het redelijk. Dan komt de verpleger aanlopen om bloed te prikken, ik stuur mijn moeder eventjes uit de kamer, want hoe minder stress hoe beter de kans dat het lukt.
Dan blijkt dat voor de bloedgassen er bloed moet komen uit een slagader en niet uit de plek waar ze normaal bloed prikken. De paniek slaat toe, en ik zeg meteen stop. Ik pak 10 seconde om mezelf te herpakken en leg uit aan de verpleger wat het probleem is. Dit ken ik niet, dit is nieuw en ik begin in paniek te raken. Ik leg hem uit wat zowel voor mij als voor hem het gevaar zou kunnen zijn. Gelukkig snapt hij het en begrijpt ook dat het geen bedreiging is, maar een verzoek om mee te denken hoe we dit probleem kunnen oplossen.
We spreken af dat ik niet kijk, hij niet aftelt of zegt wat hij doet en, voor mij het belangrijkste, hij meteen de naald uit mijn pols haalt als ik stop zeg. De prik is verschrikkelijk pijnlijk, en aangezien de slagader ook nog eventjes moet worden gevonden duurt het zeker 20 seconden voordat het bloed eruit komt. Dat het lukt ligt voor een klein gedeelte aan het feit dat ik me echt verschrikkelijk ziek voelde en daarom misschien ook wel te duf en vaag om vol mijn paniek te uiten, maar voor het grootste gedeelte doordat de verpleger kalm en rustig bleef en mij in mijn waarde liet. Zo zouden er meer moeten zijn.
Dan de foto en filmpje. Tja da’s routine voor mij, helaas. Dan begint het lange wachten, en aangezien mijn moeder vaker op de Spoedeisende Hulp zit (als mantelzorger van de zoon van een goede vriendin) weet ze me meteen te vertellen dat het minstens 1 tot 1,5 uur gaat duren voordat de bloeduitslagen er zijn. En dat ze lichtelijk verbaast is dat het bloedprikken zo goed ging. Ze bleek dus meteen al te weten dat het geen normaal prikken zou worden. Ik ben blij dat ze me dat niet vertelde, want dan was ik waarschijnlijk zo ziek als ik was weggelopen.
Na een tijd wachten komt het (goede) nieuws. Een behoorlijke luchtweg infectie en het feit dat mijn CPAP dan niet meer goed werkt speelt ook mee. Ik krijg medicatie en mag naar huis. Ik ga met mijn moeder mee.
Ik heb weer een waardeloze nacht, en de dag erna besluit ik ook al om na amper een uurtje wakker te zijn geweest weer terug in bed te kruipen. Dat heeft geholpen (samen met de medicatie) ik slaap redelijk goed. Ik voel me als ik wakker ben nog steeds zwaar klote, maar het is echt wel minder dan voordat ik ging slapen. Die dag en de dag erna doe ik bijna niets behalve wat lezen en heel veel slapen. Gelukkig voel ik me steeds iets minder slecht.
Maandagavond besluit ik om terug naar huis te gaan. Ik houd heel veel van me ouders en ben ze super dankbaar dat ik er (altijd) terecht kan. Maar ik begin te merken dat bij mij de irritaties toenemen. En ik ben te vermoeid en nog te beroerd om die te verbergen. Dit moet mis gaan, dus dan maar naar huis. Ook al is dat ook niet ideaal.
Alleen thuis en tijd om te denken, altijd gevaarlijk. Allereerst stom natuurlijk dat ik veel te lang met lichamelijke klachten ben doorgegaan, maar ja die fout maak ik wel vaker. Stress uit zich bij mij vaak in lichamelijk ongemak en stress heb ik veel gehad. Dus alles wat met mijn lichaam minder goed was, was dus stress in mijn ogen. Nu moet ik alleen oppassen dat ik niet doorsla naar de andere kant. Dat ik dus ook mijn stress en geestelijke problemen serieus blijf nemen.
En toen schoot ik helemaal in het denken, ik ging de afgelopen weken eens na in mijn hoofd en merk dat ik oprecht niet weet of ik over mijn grenzen ben gegaan. Wat ik wel weet is dat ik me totaal niet happy voelde en nog steeds niet happy voel. Ik ben de afgelopen tijd een paar keer heel erg van mezelf geschrokken. Het gevoel herken ik wel een beetje, heb ik zo af en toe, maar het grote verschil is dat tot nu toe als het gevoel kwam het altijd aanleiding was om iets te veranderen, om toch (meer) hulp te vragen, toch weer iets aan mijn lichamelijke gezondheid te doen, het er over te hebben omdat ik inzag dat ik me zo niet kan blijven voelen en ik er last van had.
Maar nu… het zal wel, het gevoel is er en ik ben het meest geschrokken van het feit dat ik geen enkel gevoel heb er iets aan te willen en kunnen doen. Het lijkt wel of ik heb opgegeven, en het ergste is dat ik dat ook zo voel en niet weet of ik er eigenlijk wel iets aan wil doen. Ik ben op. Ik ben er klaar mee, ik heb het wel gehad.
De wereld om mij heen is aan het veranderen, relaties die ik heb met mensen zijn aan het veranderen. En ik heb weer het gevoel stil te staan. Het gevoel mensen te gaan verliezen. Weer het gevoel dat al mijn vroegere ervaringen uit gaan komen. En om heel eerlijk te zijn weet ik niet of ik deze keer die klap te boven kan komen. Of eigenlijk, ik weet niet eens of ik hem wel te boven wil komen.