I samen met mij vader op de laptop grote schepen kijken die we net “live” hebben gezien. Burgerlijk, maar zo fijn en lekker. Fijn dat mijn ouders N en I zo accepteren. Ook fijn dat ze de relatie die wij hebben accepteren, ook al snappen ze die niet helemaal geloof ik. Maar ja, dat doe ikzelf ook niet als ik eerlijk ben.
N vraagt of ik kom eten. Ik twijfel. Om eerlijk te zijn heb ik er best wel zin in, maar merk ook dat ik behoorlijk moe ben. Ik merk dat I moe is en N ook. En ik weet van mezelf dat ik me dan kan gaan ergeren aan dingen. Mijn probleem, maar toch. Ik mag ook wel blijven logeren hoor ik. Oke ik ben om, gezellig. We bestellen chinees, genoeg voor een weeshuis. Lekker. I heeft honger, en is ongeduldig. Daardoor wordt hij wat lastig. Ik vind het moeilijk. Ik wil dat het gezellig is en iedereen blij, vrolijk en lief. Dat het ook gezellig kan zijn als I wat minder lief is, dat vind ik moeilijk om te begrijpen. Maar het is en blijft gezellig, zeker als we lekker aan het eten zijn.
Bedtijd voor I. Eigenlijk best wel laat, maar oke. Het was ook een lange dag en we aten laat. Hij gaat vrijwel meteen lekker slapen. N is moe, ik ook. We hangen op de bank. Elk in ons eigen hoekje. We kijken slechte films met Tom Cruise. Elk in ons eigen hoekje……. Fijn zo. Lekker samen zijn, maar elk op onszelf. Maar toch ook wel moeilijk voor me. N is moe. Ze trekt zich dan wat terug. Doe ik ook als ik moe ben. Helemaal gewoon en normaal. Maar ik betrek het meteen op mezelf. Heb ik iets fout gedaan? Iets gezegd? Waarom zit ze zo ver weg? Gelukkig heb ik mezelf vrij snel weer onder controle. Dit wilt niets zeggen over mij. Dit zegt niets over of er tussen ons iets is. Dit is het gedrag van iemand die behoorlijk moe is. En de dag ervoor tot 4:00 is gaan stappen.
De 2de film is bezig, ik kijk hem af. N niet ze valt onder een dekentje in slaap. Rond middernacht zet ik de tv uit. Stop haar goed onder. Sta 5 minuten te twijfelen of ik het licht aan moet laten of uit doen. Laat het aan, zodat ze weet dat ze beneden in slaap gevallen is als ze wakker wordt. Daarna ga ik zachtjes naar boven. Ik sluit mijn CPAP aan. Ik kijk eventjes bij I naar binnen. Hij ligt half onder zijn dekentje. Ik stop hem onder. Wat een schatje is het als hij slaapt. Ik merk dat ik het moeilijk krijg. Ik heb echt nooit aan kinderen gedacht, ik weet van mezelf dat ik nooit 24/7 kinderen zou kunnen opvoeden, maar toch. Een gevoel van gemis en verdriet komt naar boven. Snel wegstoppen.
Ik ga op bed liggen. Het 2 persoons bed van N. Het is niet de eerste keer dat ik hier lig. Het bed is te zacht voor mij, maar al snel val ik in slaap. Ik slaap onrustig, droom veel. Angstig ben ik. Ook als ik wakker ben geworden heb ik hier nog last van. Ik kijk naast me, het is leeg. N ligt nog beneden, fijn dan heeft ze lekker doorgeslapen denk ik. En meteen daaroverheen de gedacht, of ze wilde niet naast je liggen, ze vind het eigenlijk niet prettig als je blijft logeren. Voordat ik de kans krijg mezelf hierin gelijk te geven komt I de kamer op gelopen. Hij kruipt naast me in bed. Ik ben nog behoorlijk moe en hoop dat hij in slaap zal vallen, zodat ik nog een uurtje kan slapen. Helaas. Meneer is wakker en vol energie. Eventjes twijfel ik of ik hem niet naar beneden zal sturen, maar daar ligt N te slapen. Oke dan speel ik wel weer voor klimrek, knuffel, glijbaan en ik weet niet wat nog meer. Stiekem geniet ik hiervan. Zelfs vroeg in de ochtend. Na een uurtje is het wel tijd om heel zachtjes naar beneden te gaan. N slaapt nog op de bank. Ik zie meteen dat het licht uit is en de glazen die gisterenavond nog op de tafel stonden zijn opgeruimd.
Ze is dus wakker geweest. Zie je wel dat ze gewoon niet boven wilden slapen. Dat ze het niet prettig vind om naast je te liggen. Eventjes baal ik. Dan besef ik me dat N waarschijnlijk half slapend heeft opgeruimd, ze kan niet zo goed tegen troep, en dat ik er niets achter moet zoeken. Makkelijk gezegd, maar de twijfel en het gevoel is er. I gaat heel zachtjes spelen. Ik ga op de bank zitten en geniet van het moment. N lekker aan het slapen, I aan het spelen. Maar elke keer komt er weer twijfel. Ik baal van mezelf. Waarom twijfel ik?
N word wakker. Ik ga eventjes aan de laptop zitten. Ik heb de ervaring dat je N op haar gemak moet laten wakker worden. Maar zelfs nu pijnig ik mezelf met gedachtes en twijfels. Geef ik haar genoeg ruimte? Zou ik niet eventjes uit de kamer moeten? Of neem ik nu te veel afstand? Heeft ze het gevoel dat ik haar negeer?
Ik wil het zo graag goed doen dat ik juist daardoor vaak verkramp, dingen helemaal fout doe. Of nog erger helemaal aan mezelf voorbij ga. Dan denk ik bij elk antwoord wat zou iemand ervan denken, wat doet dit met iemand. Ik vul gesprekken en gedachtes in soms 10 stappen vooruit. Ik weet dat het bij N niet hoeft. Ze heeft me op mijn kwetsbaars gezien en ik heb haar ook behoorlijk kwetsbaar gezien. Ik weet dat ik haar kan vertrouwen, misschien wel meer dan ik mezelf vertrouw. Maar merk dat ik nu ook bij haar dit begin toe doen. Als ik van haar ontbijt krijg zit er boter op. Iets wat ik echt niet lust. Ik durf niet ervan te zeggen en eet het op. Terwijl ik eigenlijk heel goed weet dat ik dit gewoon had kunnen zeggen en dan iets zonder boter had gehad. Ik baal. Ik baal verschikkelijk. Waarom laat ik dit gebeuren, waarom durf ik nu niet gewoon eerlijk te zijn, waarom ben ik zo verschrikkelijk bang om iets fouts te doen en te zeggen? Ik weet het niet.
Ik stel een vraag over een gevoelig onderwerp. We krijgen een discussie. Normaal ben ik dol op een goede discussie en voer die ook vol vuur en behoorlijk scherp. Nu minder. Het voelt als ruzie. Ik wil geen ruzie. Ik wil N niet kwijt als beste vriendin. En als we ruzie hebben dan gebeurd dat. Nu gebeurd dat. STOP!!!!!! Ik zet vol de rem op mijn gedachtes. Het is niet zo. We hebben geen ruzie. We hebben een discussie, een uitwisseling van standpunten en gedachtes, die niet in een lijn hoeven te liggen. Hiervan kan ik leren en nieuwe inzichten krijgen. Waarom voelt het dan als ruzie? Waarom ben ik zo bang dat het ruzie is? Ik weet het niet. Misschien gewoon pure angst?
En zelfs al zouden we ruzie hebben. Zou een ruzie wat wij samen hebben kunnen vernietigen? Is onze vriendschap niet sterker dan dat? Ik weet het eigenlijk wel zeker, maar toch weer die angst. Die alles overheersende angst. Ik word opgehaald, ik moet dus weg. Dit voelt niet goed. Voor mijn gevoel ga ik weg met ruzie. Voor haar gevoel? Ik weet het niet. Dus ik vul in. En dan maar meteen het ergste, want tja, dan valt het altijd mee. Daar gaan we weer. HOP die rem erop. Het lukt redelijk. De gedachtes zijn weg, maar het gevoel dat blijft op de achtergrond sluimeren.
Ik ben thuis. Het liefst zou ik N willen bellen. Maar dat durf ik niet. Het is mijn probleem. En ik wil niet dat ze iets veranderd. Omdat ik hoe moeilijk ik het ook vind, en echt soms vind ik het echt moeilijk, juist heel veel leer van N. N geeft mij een plek waar ik mezelf kan en mag zijn. Dat ik dat niet altijd kan, dat is mijn probleem. Gelukkig snapt ze dat ook. Ze zoekt in alles mijn grenzen op, soms er een teentje overheen, omdat ik dat nodig heb. Ik ben met haar hulp al ver gekomen. Ik wil dat ze dat blijft doen, maar soms...vervloek ik haar er ook om.
Ik weet dat ze dit blog gaat lezen. Dit is een blog dat ik ook eerst naar haar zal opsturen. Omdat ik vind dat ze het recht heeft dit als eerste te lezen. En als ze wilt haal ik eruit wat over haar gaat. Want het is mijn keuze te bloggen, niet de hare. Dit blog is ook een soort uitleg en misschien ook wel excuus voor N geworden. Laf eigenlijk dat ik het zo wel durf, maar nu niet rechtstreeks tegen haar. Maar dat komt wel. Ik leer langzaam, heel langzaam, maar ik leer gelukkig wel.